De accountant verklaart!


Uitleg voor gebruikers van de samenstellingsverklaring van een accountant
Een accountant kan bij historische financiële informatie verschillende soorten opdrachten uitvoeren, afhankelijk van de vraagstelling van de opdrachtgever (hierna: de organisatie of het bestuur daarvan) en de informatiebehoefte van de gebruikers. Hij rapporteert over de opdracht via een accountantsverklaring. In de praktijk komt een verklaring bij de jaarrekening het meeste voor. Dit kan dan zijn:
• een samenstellingsverklaring – de accountant ondersteunt de organisatie bij het opstellen van de jaarrekening;
• een controleverklaring – de accountant geeft een oordeel over de jaarrekening met een redelijke mate van zekerheid; of
• een beoordelingsverklaring – de accountant geeft een conclusie met een beperkte mate van zekerheid.
Wat de opdracht ook is, een accountant moet altijd professioneel, integer, objectief, vakbekwaam en zorgvuldig zijn en informatie vertrouwelijk behandelen.

Uitleg samenstellingsverklaring
Wanneer een accountant het bestuur van de organisatie (of: de ondernemer) helpt bij het maken van de jaarrekening, geeft hij hierbij een samenstellingsverklaring af. Hierin staat de volgende informatie:
• de inhoud van de opdracht;
• de verantwoordelijkheden van het bestuur;
• de verantwoordelijkheden van de accountant.
Omdat de accountant het bestuur helpt met het maken van de jaarrekening, gaat hij uit van de informatie die hij ontvangt van het bestuur. De accountant onderzoekt in principe niet of deze informatie correct is.
Soms helpt hij het bestuur bij het maken van schattingen of bij de keuze van passende grondslagen voor financiële verslaggeving. Hij zal hierover altijd overleggen met het bestuur en ervoor zorgen dat het bestuur de gemaakte keuzes begrijpt. Dit om ervoor te zorgen dat het bestuur zijn verantwoordelijkheid voor de jaarrekening kan nemen.
Wanneer de jaarrekening is opgesteld zal de accountant globaal nagaan of het beeld van de jaarrekening aansluit met zijn kennis van de organisatie. Als de accountant denkt dat de informatie van het bestuur niet compleet of onnauwkeurig is, dan zal hij het bestuur om aanvullende informatie vragen. Zo nodig zal hij zelf aanpassingen voorstellen.
Als de accountant de opdracht niet kan afmaken omdat het bestuur geen informatie geeft of weigert om bepaalde aanpassingen te laten maken in de jaarrekening, dan geeft hij de opdracht terug. In dat geval informeert hij ook eventuele toezichthouders, zoals een raad van commissarissen.
Omdat de accountant het bestuur helpt bij het maken van de jaarrekening geeft hij geen oordeel of conclusie over de jaarrekening. Als de gebruikers van de jaarrekening een oordeel of conclusie willen, moet een accountant een controle- of beoordelingsopdracht uitvoeren.

Uitleg controleverklaring
Bij een controleopdracht controleert de accountant of de jaarrekening die het bestuur heeft opgesteld een goede weergave is van de financiële situatie van de onderneming. In de controleverklaring geeft de accountant zijn onafhankelijke mening hierover in de vorm van een oordeel. Dit doet hij voor gebruikers van de jaarrekening, zoals aandeelhouders, leveranciers en banken, die op basis hiervan beslissingen nemen.
Een jaarrekening moet een getrouw beeld geven van het vermogen en het resultaat van de organisatie. Maar dit betekent niet dat de jaarrekening tot op de laatste euro nauwkeurig hoeft te zijn. De jaarrekening moet wel zo nauwkeurig zijn dat de gemiddelde gebruiker zijn beslissingen hierop kan nemen. In andere woorden er mogen geen materiële afwijkingen in de jaarrekening zitten.
Het doel van de controleopdracht is dat de accountant met een hoge mate van zekerheid zegt dat de jaarrekening geen materiële afwijkingen bevat. De accountant geeft geen absolute zekerheid dat de jaarrekening goed is omdat hij bewust misleid kan worden door een organisatie, de gemaakte schattingen in de jaarrekening vaak subjectief zijn en omdat het economisch niet verantwoord is om alle individuele transacties te onderzoeken. Vandaar dat de accountant spreekt over een redelijke mate van zekerheid.
De accountant voert uitgebreide werkzaamheden uit om zijn oordeel te onderbouwen. Zo zal hij bijvoorbeeld:
• nadenken over wat fout kan gaan en op basis hiervan zijn controle inrichten;
• inkoop- en verkooptransacties onderzoeken;
• een voorraadtelling bijwonen;
• een rekeningsaldo laten bevestigen door een afnemer;
• cijferanalyses maken;
• inlichtingen vragen aan mensen in en buiten de gecontroleerde organisatie.
Het overgrote deel van de afgegeven controleverklaringen is goedkeurend. Dit komt doordat eventuele materiële afwijkingen die uit de controle blijken al voor het afgeven van de verklaring door de organisatie in overleg met de accountant worden gecorrigeerd.
Het kan ook voorkomen dat er wel materiële afwijkingen in de jaarrekening zitten. Afhankelijk van de ernst van de afwijkingen geeft de accountant een afkeurende verklaring of een verklaring met beperking. Soms heeft de accountant onvoldoende informatie om zijn oordeel over de jaarrekening te onderbouwen. Afhankelijk van de ernst daarvan geeft hij een oordeelonthouding of een verklaring met beperking.
De reden voor het aanpassen van zijn oordeel zal de accountant altijd uitleggen in zijn verklaring. Hierbij vermeldt hij alle relevante (= materiële) zaken die aanleiding geven het oordeel aan te passen. Dit kan soms ook een combinatie van oorzaken zijn. Bijvoorbeeld wanneer de accountant op één of meerdere punten onvoldoende controle-informatie heeft en daarnaast heeft vastgesteld dat de jaarrekening een of meerdere afwijkingen bevat.
Omdat de accountant een mening geeft in zijn verklaring en gebruikers hierop af moeten kunnen gaan is het belangrijk dat hij onafhankelijk is. Hij moet zich daarom houden aan onafhankelijkheidsregels.

Uitleg beoordelingsverklaring
Ook bij een beoordelingsopdracht gaat de onafhankelijke accountant na of de jaarrekening een goede weergave is van de financiële situatie van de organisatie. De accountant voert alleen in principe minder werkzaamheden uit. Deze zullen vooral bestaan uit:
• nadenken over wat fout kan gaan en op basis hiervan zijn beoordeling inrichten;
• inlichtingen vragen aan mensen in de organisatie; en
• het maken van cijferanalyses.
Omdat minder werkzaamheden worden uitgevoerd door de accountant, zal hij ook minder zekerheid kunnen geven over de jaarrekening. Zijn conclusie geeft een beperkte mate van zekerheid. De keuze hiervoor is afhankelijk van de behoefte aan zekerheid bij de gebruikers in verhouding tot de kosten.
Als de accountant denkt dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat, dan doet hij nader onderzoek.
In de beoordelingsverklaring stelt de accountant dat ‘niet is gebleken dat de jaarrekening geen getrouw beeld geeft van het vermogen en het resultaat van de onderneming’. Daarmee zegt hij eigenlijk dat de jaarrekening plausibel lijkt.
Net als bij de controleverklaring kan het ook hier voorkomen dat de accountant van mening is dat de jaarrekening fout is of dat hij onvoldoende zekerheid kan verkrijgen over de jaarrekening. Hij brengt dit dan tot uitdrukking in zijn conclusie.